Ruimte-registratie
Ruimte-registratie
Eenduidige en juiste registratie van ruimten is noodzakelijk voor (digitale) verwerking en interpretatie van ruimtegegevens.
Het gaat daarbij om de juiste beschrijving, inhoud en toepassing van de indicator, zie link.
Ruimtestaat [definitie]
Overzicht van relevante informatie (gegevens) over ruimten, idem voor gebouw, per indicator.
Voorbeelden indicatoren: ruimtenummer, ruimtefunctie, oppervlak, gebruiker, e.d.
Idem voor gebouwenstaat: adres, postcode, plaats, gebouwnummer of naam, parkeer-adres, afleveradres, eigendom/huur gegevens.
Ruimte-indicatoren
Ruimtenummer [definitie]
Uniek (komt maar éénmaal voor) nummer om een ruimte te identificeren.
Kan opgebouwd, lees vooraf gegaan worden, door een code voor:
locatie
gebouw(deel)
Verdieping
Voorbeeld:
JK.03.06
Locatie J (plaats of stad is dan al bekend)
Gebouwdeel K op locatie J
Verdieping 03
Ruimtenummer 06
Ruimte-oppervlak
Oppervlak van betreffende ruimtenummer.
Zie link.
Ruimte-functie [definitie]
Het doel of de gebruiksfunctie waarvoor de ruimte is ingericht.
Voorbeelden:
Kantoor, Vergaderen, Restaurant, Instructie, Vaklokaal, Toilet, Opslag, e.d.
Synoniemen:
Soort, Type
Ruimte-categorie
Classificatie van (verzameling) van bij elkaar horende ruimte-functies.
Voorbeelden:
Onderwijs, Technische ruimten, Verkeersruimten, Kantoren, Sanitair
Ruimtegroep
Classificatie (verzameling) van bij elkaar behorende ruimte-categorieën.
Voorbeelden:
Ondersteunend Vloeroppervlak en Toewijsbaar Vloeroppervlak
Beheer Oppervlak
Het [totaal] oppervlak van ruimte[n] waar een vloer ligt.
Toelichting Beheer oppervlak:
Geeft inzicht in alle ruimten (oppervlakten) die gebruikt kunnen worden.
In alle ruimten die gebruikt worden is sprake van inrichting, schoonmaak en onderhoud.
Voorbeeld indeling [classificatie] Ruimte-groep, -categorie en functie
Gebruikers-indicatoren
Ruimte-Gebruiker
Organisatie onderdeel waar de ruimte voor het gebruik aan is/wordt toegewezen.
Zie link
Toelichting Ruimte-GebruikerBij het delen van ruimten door meerdere gebruikers wordt onderscheid gemaakt naar b.v. 1e, 2e of 3e gebruiker
Gebruiks-factor
Geeft het percentage aan voor het ruimtegebruik in tijd of oppervlak per gebruiker.
Bij één gebruiker is de factor 1,0, bij meerdere is de som (totaal) van de factoren 1,0.
Voorbeeld:
Ruimte-oppervlak: 100m2
Gebruiks-factor Gebruiker 1: 0,8
Gebruiks-factor Gebruiker 1: 0,8
Totale Gebruiks-factor: 1
RuimteRECHT in oppervlak:
Gebruiker 1: 100 x 0,8 = 80m2
Gebruiker 2: 100 x 0,2 = 20m2
RuimteGEBRUIK in tijd:
Gebruiker 1: 80% van de beschikbare tijd
Gebruiker 1: 20% van de beschikbare tijd
Inrichtings-indicatoren
Indicatoren die informatie geven over de (losse) inrichting van ruimten.
Ruimte-capaciteit
Daadwerkelijke beschikbare capaciteit, het aantal plaatsen of personen in een ruimte.
Andere capaciteits-indicatoren:
Veiligheid; maximale capaciteit o.b.v. (vlucht)veiligheid
Installatie; maximale capaciteit o.b.v. prestaties (of beperkingen) klimaatinstallaties.
Maximale inrichtings-capaciteit; maximale capaciteit die mogelijk is o.b.v. de ruimtefunctie en ruimtenormen.
Norm-capaciteit; maximale capaciteit o.b.v. huisvestingsnorm
Les-capaciteit; aantal lesplaatsen, als dan niet met docentenplaats.
Toets-capaciteit; aantal toetsplaatsen (vanwege onderlinge afstand)