Visie op Ruimtemanagement

Visie op Ruimtemanagement

Ruimtemanagement als dienst

Ruimtemanagement, als dienst, ondersteunt de organisatie met kennis voor besluitvorming, sturing, scenariokeuzes, optimaliseren, beheer en marktvergelijkingen. 

Ruimtemanagement en technologie [smart building]

Daarbij maakt zij gebruik van instrumenten voor onderzoek, (reken)modellen, definities, dashboard-keuzes, technologische ontwikkelingen, e.d. 

Door het ontwikkelen en beheren van deze instrumenten worden adviezen consistenter en daarmee beter onderbouwd.

Deze instrumenten zullen in toenemende mate gebruik maken van actuele en objectieve data (gegevens) uit smart building-technologie zoals gebouw- en ICT-systemen en algoritmen. 

Ruimtemanagement en besluitvorming

Door niet alleen vanuit de huisvester, maar ook vanuit de gebruiker na te denken over huisvestingsvraagstukken ontstaat een breder beeld en inzicht en kunnen keuzes meer afgewogen worden gemaakt, in het belang van de gehele organisatie. 

Hierbij wordt onderkend dat er verschillen in belangen en 'waarnemingen' zijn tussen de huisvester en de gebruiker. Met ruimtemanagement worden waarnemingen meer objectief meten, berekenen bepaald. De dialoog tussen huisvester en gebruiker gaat dan over de 'echte' belangen, de wensen van de gebruiker en de (on)mogelijkheden van de huisvester. En (bijna) niet meer over de 'cijfers'.  

Belangen huisvester versus gebruiker

De huisvester stuurt, veelal vanuit zijn eigenaars- en beheerders-rol, op de efficiëntie van de huisvesting; technisch, fysiek, regulering, rationeel, gestructureerd, kosten, (para)meters, gebruik, de 'harde kant' van huisvesting.

De gebruiker is meer gericht op productiviteit en gezelligheid en wil zeker als mens gemak en keuzevrijheid hebben. Het is de effectieve kant van huisvesting; productie, rendement, mens, vrijheid, keuze, gevoel, gemak, beleving, de 'zachte kant' van huisvesting

Voor de verbinding tussen beide, in het belang van de organisatie, wordt de rol van ruimtemanager geïntroduceerd. Hij is degene die als deskundige voor de organisatie de impact van huisvestingsvraagstukken duidt. Denk aan groei-, krimp-, risico’s- en verhuisscenario’s; wie, wat, wanneer, waar.

De keuze is aan de organisatie zelf om deze rol wel of niet onder te brengen bij de huisvester.